Meerdere stedenbouwkundige handelingen niet meer vergunningsplichtig

Op 24 augustus werden de aanpassingen aan het "Vrijstellingsbesluit" goedgekeurd en traden de nieuwe regels in werking. Naast enkele technische aanpassingen, werden verschillende stedenbouwkundige handelingen vrijgesteld van vergunningsplicht.

Enkele relevante wijzigingen

Bouwvrije stroken

Een eerste verduidelijking is dat het Vrijstellingsbesluit niet van toepassing is als de handelingen volledig of gedeeltelijk zijn gelegen in de (bouwvrije) stroken langs een waterloop, de erfdienstbaarheidszone langs grachten en afgebakende oeverzones (artikel 1.6 Vrijstellingsbesluit). Met de wijziging gelden de vrijstellingen enkel als het project volledig buiten die stroken gelegen is. Dit is een verduidelijking ten opzichte van de huidige situatie, waarbij alle handelingen buiten die stroken wel waren vrijgesteld – dit leidde vaak tot puzzelwerk op vlak van welke delen van een project wel of niet waren vrijgesteld.

Handelingen in, aan en bij woningen

Een tweede aanpassing is de verduidelijking van handelingen in, aan en bij woningen (artikel 2.1 Vrijstellingsbesluit). Gebruikelijke ondergrondse constructies, zoals leidingen, een hemelwaterput, infiltratievoorziening, ... zijn strikt genomen niet vrijgesteld indien deze gelegen zijn in een achteruitbouwstrook (= voortuin). Een huisaansluiting van elektriciteit, of water in de voortuin bv. waren strikt genomen vergunningsplichtig. Vanaf nu geldt de vrijstelling wel mits die ondergrondse constructies niet strijdig zijn met een rooilijnplan.

Bij die handelingen wordt ook een vrijstelling ingevoerd voor het aanbrengen van isolatie van de buitenzijde van gevels en daken tot een maximum van 26 centimeter, opnieuw op voorwaarde dat de rooilijn niet wordt overschreden (artikel 2.1, 2°/1 van het Vrijstellingsbesluit). Deze vrijstelling kadert in de Vlaamse lange-termijnrenovatiestrategie voor gebouwen 2050. Door deze vrijstelling kan het isoleren van gevels en daken zonder administratieve rompslomp gebeuren. Deze vrijstelling is wel onder voorbehoud van het erfgoedstatuut van een pand of de omgeving, zoals UNESCO-werelderfgoed, beschermd erfgoed en geïnventariseerd erfgoed.

Ook de installatie van warmtepompen en airco’s valt voortaan onder een uitdrukkelijke vrijstelling (artikel 2.1, 8°/1 Vrijstellingsbesluit) op voorwaarde dat een afstand van 2 meter tussen de installatie en de perceelsgrens wordt gerespecteerd, of de warmtepomp tegen een scheidingsmuur die het geluid afschermt wordt geplaatst. Op die manier moet de hinder voor buren maximaal worden beperkt. Als de installatie toch anders wordt geplaatst, is opnieuw een omgevingsvergunning nodig.

Momenteel is het overwelven/inbuizen van een gracht vergunningsplichtig, zelfs als het gaat over de loutere aanleg van een oprit of toegang tot een woning. Dit wordt aangepast met een nieuwe vrijstelling van een omgevingsvergunning (artikel 2.1, 9°/1 van het Vrijstellingsbesluit). Nu is het aanbrengen van maximaal één overwelving of inbuizing van een baangracht per goed vrijgesteld van een vergunning. De lengte van de overwelving of inbuizing bedraagt in zo’n geval maximaal 5 meter, met een minimale binnendiameter van 400 millimeter.

Openbaar domein

Ten slotte wordt de vrijstelling voor de aanleg van verhardingen op het openbaar domein grondig aangepast (artikel 10, 1° Vrijstellingsbesluit). Momenteel moet elk stuk bijkomende verharding individueel opgemeten worden om na te gaan of dit valt onder de vrijstellingsgrens van 300 m². Met het gewijzigde Vrijstellingsbesluit moet een overheid kijken of de totaliteit van de verhardingen – dus alle handelingen die samen worden uitgevoerd en ruimtelijk aaneenhangen – de vrijstellingsgrens van 300 m² overschrijdt. Als dus een bestaande verharding behouden blijft en wordt uitgebreid met aan de linkerzijde met 290 m² en aan de rechterzijde 310 m², wordt in totaal 600 m² extra verhard en is het volledige project, inclusief beide uitbreidingen, vergunningsplichtig.

Complexiteit van de vrijgestelde handelingen

Bovenstaande opsomming is een greep uit de wijzigingen aan het nieuwe Vrijstellingsbesluit. Elke concreet project dient op zich concreet afgetoetst te worden aan het besluit. Voor meer info en vragen kan je dan ook steeds terecht bij de dienst Omgeving.